Verwysing na WD Jonker as dosent (kursusinhoud) aan Kampen.
Uittreksels uit:
HANDELINGEN VAN DE
HONDERD-ACHT-EN-TWINTIGSTE VERGADERING
VAN CURATOREN EN DOCENTEN VAN DE THEOLOGISCHE HOGESCHOOL VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND
OUDE ST RAAT 6, KAMPEN, OP 2 EN 3 JUNI 1969
ARTIKEL 1
De assessor I, drs GY Vellenga, opent de vergadering, hij leest Galaten 5:22–25 en gaat voor in gebed.
ARTIKEL 2
De assessor I heet de aanwezigen welkom. Er is niet een curator aanwezig uit Noord-Brabant en Limburg. Prof dr HN Ridderbos laat zich voor 2 juni verontschuldigen. Prof dr AG Honig en prof dr J Plomp zijn herstellende. Prof dr H Bergema, die op 13 mei 1969 is overleden, wordt herdacht. Ds 0 Bouwman ging met emeritaat en werd benoemd tot Ridder in de 0rde van 0ranje Nassau; hij wordt gelukgewenst met deze benoeming en hem wordt een goede emeritaatstijd toegewenst. Het Curatorium was vertegenwoordigd bij het afscheid van ds A Adema, ds D van Enk en ds O Bouwman en bij de promotie van dr JR de Witt.
ARTlKEL 3
De notulen van de buitengewone vergadering van 31 maart 1969 worden goedgekeurd en vastgesteld.
ARTIKEL 4
De assessor I heeft een gesprek gehad met de voorzitter van generale deputaten voor de zending, in verband met de ziekte van prof dr AG Honig, en erop geattendeerd, dat het belangrijk is, dat deputaten voor de zending zich beraden t.a.v. het rectoraat van het Zendingsseminarie te Baarn.
ARTlKEL 5
Na gehouden stemmingen wordt het moderamen als volgt samengesteld: drs GY Vellenga, president; ds JA van Arkel, assessor; ds W Wiersma, eerste secretaris; ds 0 Bouwman, tweede secretaris.
BIJLAGE II
BEHANDELDE STOF OP DE COLLEGES
IN DE CURSUS 1968–1969
Door de hoogleraren is in deze cursus op de colleges het volgende behandeld:
prof dr HN Ridderbos: Nieuwtestamentisch Grieks: Capita Selecta, Beginselen tekstcritiek. Kanoniek NT: Het evangelie van Mattheus.
Exegese NT: Mattheus 6:6–8:19 (tweede en derde jaar). Geselecteerde pericopen uit de Syn. evangelien (vierde jaar).
Historia revelationis NT: Evangelie van Johannes. Redaktions-geschichtliche-Methode.
Prof dr WD Jonker:
In het afgelopen jaar heb ik colleges gegeven in Homiletiek, Poimeniek, Liturgiek.
- Wat de homiletiek betreft, is in het uur theoretische homiletiek aandacht besteed aan (i) enkele inleidende vragen (Wat is een preek? De noodzakelijkheid van een tekst. Indeling van de homiletiek); (ii) de materiele homiletiek. Hieronder heb ik behandeld: de uitleg van de tekst in de prediking, waarbij aandacht gegeven werd aan enkele afwijkende manieren om met de tekst om te gaan en aan de vraag welke de juiste beginselen zijn om met een tekst in de prediking om te gaan. Hierbij moesten enkele hermeneutische beginselen die voor de vraag naar de prediking belangrijk zijn, behandeld worden, waarbij vooral aandacht besteed werd aan de problemen rondom de historisch-kritische methode en de pogingen van Bultmann, Barth, Ebeling, Fuchs en Marxsen om aan de historische kritiek en aan de juiste Schriftzin recht te doen geschieden – beschouwingen die vanzelfsprekend kritisch uitvielen. Sinds de Kerst is in groepsverband verder gewerkt, waarbij de vierdejaars-groep enkele preken van Barth, Bultmann en Bonhoeffer kritisch ontleedden met het oog op de vraag welke hermeneutische beginselen door hen in de prediking toegepast werden, terwijl de vijfdejaars het boek van Straver, Massacommunicatie en Godsdienstige Beinvloeding kritisch in bespreking
- Wat de praktische homiletiek betreft, hebben we de vierde- en vijfdejaars in preek aan de critn de groep onderworpen werd.
- In de Poimeniek heh ik colleges gegeven over grondbegrippen in de poimeniek: Wat is poimeniek? Wat is zielszorg? De ziel in de zielszorg. De benadering van de mens in de De pastor in de zielszorg. – Als aanvulling bij de colleges poimeniek hebben de studenten ook praktische leiding van drs OEA Goetze in samenwerking met ds KA Schippers ontvangen over het psychiatrische gesprek, toegespitst op het pastorale gesprek.
- In Liturgiek heh ik colleges gegeven over het wezen van de eredienst volgens het Nieuwe Testament en de verwording van de eredienst door de opkomende invloeden van een proces van overgang naar een cultische opvatting van de Als voorbeelden van cultische gestaltgeving van de eredienst werd de liturgie van de Oosterse Kerk en de Rooms Katholieke kerk behandeld.
Prof dr JL Koole:
Exegese: Prediker 1–5 (responsiecollege met 2e jaars studenten), pericopen uit Jesaja 40 vv. met bespreking van scripties van de studenten (3e jaars studenten), messiaanse teksten (hoorcollege voor 3e en 4e jaars). Kanoniek: Bespreking van actuele vraagstukken betreffende het OT aan de hand van Concilium, december 1967 (discussie met 3e jaars).
Historia revelationis: OT gegevens met betrekking tot de “Theologie van de revolutie” (4e en 5e jaars).
Prof dr GP Hartvelt:
Algemene kerkgeschiedenis 2e jaar.
Na een algemene orientering t.a.v. de wijze waarop de stof voor het tentamen alg. kerkgeschiedenis het best kon worden bestudeerd, heeft het 2e jaar mede onder leiding van de heer B Woltjer inzage gekregen in de opbouw van de bibliotheek. Met name werden zij wegwijs gemaakt in de catalogus. Enige praktische “oefeningen” werden gemaakt, waaronder een elementair literatuuroverzicht over bepaalde onderwerpen met behulp van de lexica, handboeken en speciale bibliografieen. De heer B Woltjer verzorgde een kleine expositie van enige rariora uit onze bibliotheek.
Wat de collegestof betreft: enige verkenningen werden gemaakt inzake de (oude) vraag wat kerkgeschiedenis is. Daarna werd een dwarsdoorsnee gegeven van de wijze waarop met name in de oude kerk de geschiedenis der kerk is beschreven; dit dan vooral onder het aspect van continuiteit en discontimiiteit.
Algemene kerkgeschiedenis. 4e jaar. (Reformatietijd)
In het eerste semester werd de vraag besproken of Luther de 95 stellingen had aangeslagen. Naast de bronnen werd een nieuwste literatuur van dit sterk controversiele onderwerp besproken.
BIJLAGE X
VERSLAG VAN DE HANDELINGEN VAN HET BESTUUR
VAN DE “JOHANNES CALVIJNSTICHTING” EN DE VAN HAAR UITGAANDE THEOLOGISCHE ACADEMIE OVER HET JAAR 1968/1969
Aan het college van Curatoren van de Theologische Hogeschool te Kampen, Oudestraat 6.
Weleerwaarde en Eerwaarde heren,
Het is ons, als bestuur van de “Johannes Calvijnstichting”, een genoegen u bij dezen verslag te doen van de handelingen van het bestuur en van de toestand der van genoemde stichting uitgaande academie, over het cursusjaar 1968/1969.
Inzake mutaties in het bestuur valt het volgende te melden:
Onze penningmeester, de heer BM van de Boom te Wassenaar, vroeg en verkreeg ontheffing van zijn functie in verband met zijn leeftijd en gezondheidstoestand. Gedurende niet minder dan zeventien jaar heeft hij de financien der Stichting beheerd en aan haar arbeid bekendheid trachten te geven bij kerkeraden en gemeenteleden. Aan dit werk en de trouw en toewijding daarin betoond, denkt het bestuur met dankbaarheid terug.
Als rector fungeert dit jaar prof dr G Th Rothuizen, bijgestaan door prof dr JT Bakker als secretaris.
Op 1 oktober 1968 nam prof dr H Bergema afscheid. Hij werd opgevolgd door prof dr AG Honig, die op dezelfde dag werd geinstalleerd en inaugureerde en zich op deze wijze aan onze Academie verbond.
Een week later – op 8 oktober 1968 – nam prof dr ADR Polman afscheid.
Prof dr WD Jonker werd op genoemde datum geinstalleerd als hoogleraar in de ambtelijke vakken. Hij trad die dag ook als docent op aan de Johannes Calvijn-academie.
Niet onvermeld mag blijven het feit, dat ons allen heeft ontroerd, nl het onverwachte sterven van prof dr H Bergema. In zijn omvangrijke werk nam ook de arbeid voor de Academie een plaats in. Zijn colleges aan de Theologiese Hogeschool en die te Baarn, stimuleerden diverse leerlingen tot doctorale studie in de zendingsvakken en tot promotie aan de Academie. Dit danken wij aan de bezielende arbeid van prof dr H Bergema, wiens persoon en werk wij als bestuur met grote dank in herinnering houden.